1.
Een boom staat loom
te wiegen in de schaduw
van zijn buur. De kruin schuin
tegen vliegen en het
hete middaguur.
Zijn wortels worstelen
zacht, ze zoeken water
in de grond. Maar zoals
hij had verwacht, levert
dit slechts een droge mond.
Plots valt de laatste wind
als een vogel uit zijn takken
wanneer een huilend kind
zijn stam weet beet te pakken
en zo zonder woorden zegt
hou me, hou me,
alsjeblieft even recht.
te wiegen in de schaduw
van zijn buur. De kruin schuin
tegen vliegen en het
hete middaguur.
Zijn wortels worstelen
zacht, ze zoeken water
in de grond. Maar zoals
hij had verwacht, levert
dit slechts een droge mond.
Plots valt de laatste wind
als een vogel uit zijn takken
wanneer een huilend kind
zijn stam weet beet te pakken
en zo zonder woorden zegt
hou me, hou me,
alsjeblieft even recht.
2.
De boom kromt zijn
lover
als armen om het kind.
Iets vloeit in hen over
dat binnenin verbindt.
De tranen worden water,
een moesson lang verlangd.
De door droogte geslagen krater
wordt vrijelijk volgetankt.
Het bos recht vol verbazing
de fel geplaagde rug.
Ontwaakt uit haar verdwazing.
Wie bracht het leven hier terug?
Leeg gehuild valt het kind
aan de voet in een bodemloze slaap.
De boom weet niet wat hij moet
met de komst van deze knaap.
Maar zijn wortels schrapen bladeren
tot een warm welkom bed
Zijn takken zoemen zacht
doorheen de nacht:
een jongen heeft ons gered.
als armen om het kind.
Iets vloeit in hen over
dat binnenin verbindt.
De tranen worden water,
een moesson lang verlangd.
De door droogte geslagen krater
wordt vrijelijk volgetankt.
Het bos recht vol verbazing
de fel geplaagde rug.
Ontwaakt uit haar verdwazing.
Wie bracht het leven hier terug?
Leeg gehuild valt het kind
aan de voet in een bodemloze slaap.
De boom weet niet wat hij moet
met de komst van deze knaap.
Maar zijn wortels schrapen bladeren
tot een warm welkom bed
Zijn takken zoemen zacht
doorheen de nacht:
een jongen heeft ons gered.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten